De Indo die van lekker eten houdt – een reactie op Concentratiekamp
Wij hebben WO II in mijn geboorteland meegemaakt. Mijn vader werkte en leed aan de Pakan Baru Spoorweg op Sumatra. Wij hebben altijd naar de verhalen van de Hollanders, dit om het verschil aan te duiden want we zijn allemaal Nederlanders, moeten luisteren. Er luisterde nooit iemand naar ons, de Indische Nederlander. Wat hier beschreven wordt, komt in 99,99 % van de Indische gezinnen voor, maar dan richting Jap. Ik heb allerlei fobieën, souvenirs uit de Jappentijd. Ons nichtje had beriberi toen, ze kreeg het een paar jaar geleden terug, tot verbijstering van de artsen uit het Havenziekenhuis in R’dam. In de herfst van mijn leven krijg ook ik de erfenis van alles wat we hebben meegemaakt. Naar het journaal kijken kan ik niet (meer), dan komen de nachtmerries weer.
WIJ zijn in Indië nooit bevrijd. Japan is gecapituleerd. Dank zij de bom leven wij nog. Dat wordt altijd vergeten. Wij kregen na de oorlog met Japan de bersiaptijd, met alle ellende van weer een oorlog. Daarna kwamen de Politionele Acties; dus: Oorlog. Enfin, om dit alles te verwerken ben ik met een Indisch programma gestart bij de lokale omroep. Er wordt in ons programma eindelijk geluisterd naar ons verhaal! Ik kan vellen voltypen over wat wij hebben meegemaakt. Maar ik houd het hierbij. Ik hoop dat “men” ons een beetje anders gaat zien dan alleen: “De Indo die van lekker eten houdt.” In kosmisch Licht en Liefde teken ik, Lucette, wat: “Licht in de duisternis” betekent.
**********
Hallo Lucette,
Oorlogen zijn verschrikkelijk voor álle mensen, no matter wat hun achtergrond, cultuur, kleur of ras is. Althans, zo heb ik het geleerd in mijn schoolperiode. Je schrijft heel resoluut over ‘men’, en dat kan ik mij ook best goed voorstellen, maar helemaal eerlijk is dat natuurlijk niet. Er zijn gelukkig ook een heleboel mensen die daar anders overdenken, én ook anders geleerd hebben. Mijn geschiedenislessen zaten wel degelijk vól met de ellende die de Indische Nederland mee heeft moeten maken.
Ik zal jouw reactie online zetten en wie weet komen er nog reacties op; die zal ik dan naar je doorsturen. Ik wens je in ieder geval heel veel succes met het radioprogramma. Ik hoop ook dat je ooit deze tijd los zult kunnen laten weer een lichtje in de duisternis zult worden.
Liefs, loes
©Loes Raaphorst 12/2005
Ben het helemaal met Loes eens. Ik heb, als totok-kind, ook de gastvrijheid van meneer Hirohito genoten (Wie, mevrouw???) en de bersiap meegemaakt. Pas in 1948 mochten pa, ma en ik even naar ‘Holland’- in 1949 waren we weer in Bandung en in 1953 kwam dan de definitieve terugkeer. Zowel in ’48/’49 als in ’53 en later, kregen we onmiddellijk die bloembollen om de oren en werd ons verteld dat wij het tenminste wárm hadden gehad. Hah!
Kom eens vroeg in de morgen in Banjoebiroe/Ambarawa in je dunne versleten jurkje – brrrr. En die bloembollen?! Hah, jullie hádden iets om te eten! En die foto’s die je laat zien – waar was dat? Oh, in Drente, op vakantie…. En kon je op je 16e al eindexamen HBS doen? Nou, wij niet, wij konden hooguit in halfjaarlijkse termijnen, 5 á 7 jaar gemist onderwijs proberen in te halen. Ik ben desondanks nog aardig terecht gekomen, maar praat me niet over ‘begrip’ van ‘die Hollanders’!
Masja DK, Gastdocente Stichting WWII in Z.O Azië
Bron Email ©Loes Raaphorst 12/2006
Hallo Lucette,
Ik ben gelukkig nooit geplaagd door oorlog, al lijkt het op de wereld er wel veel op. Ik heb de film gezien over de vrouwen in een jappenkamp, daar krijg je een beetje een beeld van hoe het was, ook al heb ik het nooit gevoeld. Ik ben een van de vele mensen die het willen begrijpen, maar helemaal zal dit nooit lukken.
Ik ben nu een trouwe bezoeker van Indonesië, heb er twee schoondochters vandaan en heerlijke kleindochters gekregen. Deze schoondochters gaan niet met elkaar om; de Hinduh kan de Moslim niet uitstaan, helaas, daardoor ben ik een zoon kwijt. Er gebeuren heel veel nare zaken met alle mensen op deze wereld, ik denk weleens, niemand ontsnapt aan een les; zo zie ik het, lessen die wij moeten leren.
En vele mensen hebben door de eeuwen heen hele nare lessen moeten ondergaan. Toch overleef ik, al deze lessen steeds weer, tot de dag, waarop ik zal weten of zien, waarom mij dit gebeurde. Het geeft hoop, en mijn nare nachtmerries zijn minder geworden. Ik hoop dat het jou ook op een dag mag gebeuren, dat je geen nachtmerries meer hebt.
groetjes Maria
Bron Email ©Loes Raaphorst 12/2007