Twinkle – Heb geen angst.

Wolken, zo wit als het schuim van de golven,
gaan omhoog en omlaag als vleugelen
tegen het blauw van de heldere hemel,
waarvan de kleuren tot avondrood verbleken.
En terwijl het blauw langzaam donkerder wordt,
breekt de nacht open,
haar ogen vol met miljarden sterren.

Misschien zijn de sterren allen ’s nachts te zien, om de mensen eraan te herinneren dat zij nooit alleen gelaten worden, dat de lichtwezens altijd over hen waken, hen beschermen en slechts wachten op een blik, die hun hulp inroept.
De mensen vergeten het licht van de sterren steeds meer, en steeds minder vaak heffen zij het hoofd naar de hemel.
Met gebogen hoofd kijken zij naar de grond, om niet te struikelen over de wirwar van complicaties, die hun verstand zonder ophouden doet ontstaan. Geloof je niet, dat er een zweem van arrogantie kan liggen in de gedachte dat jij de enige bent die lijdt, zonder hulp? Terwijl toch de lichtwezens aan jouw kant staan en er slechts op wachten dat je hen roept.
Maar je moet hen wel zelf om hulp vragen. Dat vragen is een gebaar van deemoed, waarmee je erkent dat je in het duister tast, en dat je ogen op je pad verblind zijn door de duisternis.
En je weet dat je het doel van je reis nooit bereiken kunt zonder een klein lichtje dat je de weg wijst.