Internet Relaties – Vaderfiguur

Sinds 10 jaar ben ik in het bezit van een personal computer. Aanvankelijk werd het “ding” eigenlijk alleen maar voor spelletjes gebruikt en werd er heel voorzichtig een begin gemaakt aan het opzetten van een administratie. In die tijd werkte ik nog voor een cosmeticabedrijf en MEN had mij verteld dat ik heel handig al mijn verkopen “in de computer” bij kon houden. 

Het leek mij wel wat en heel dapper ben ik naar een cursus voor volwassenen gegaan, waar men werkelijk de les begon met te vertellen dat ik wel de stekker in het stopcontact moest steken. Kortom: echt een cursus voor dummy’s dus. Maar, ik was wel over mijn angst heen en besloot er dan maar het beste van te maken. 

Na een week had ik het al voor elkaar mijn harde schijf te laten crashen, en nog een week later had ik mijn tweede toetsenbord al, omdat ik blijkbaar “te hard” typte. Ach, ik was de ouderwetse schrijfmachines nog gewend, werd mij in de winkel verteld door “iets” van net 18 jaar. Kortom, ik was er bijna dag en nacht mee bezig, maar als een product in de aanbieding was, kon ik sneller uit mijn hoofd bedenken wie ik aan moest schrijven daarover, dan dat ik het uit mijn PC kon halen.

Na 5 jaar modderen en ellende werd het oordeel geveld door mijn huisgenoten; het lag niet aan mij, maar aan de verouderde machine en er moest een duurdere komen die ook op internet kon. Op school konden ze ook “internetten” dus dat moest thuis ook mogelijk zijn. Moeders dus maar weer naar de winkel. Er werd een degelijke keus gemaakt, die mij veel meer geld kostte dan dat ik wilde, maar het “was ook zo handig voor school”. 

Ja, inderdaad, totdat het apparaat bij mij in de kamer stond en helemaal niemand wist hoe je dan op “internet” kwam. De familie was het er snel over eens. Ik had tenslotte al 5 jaar een PC gehad, dus ik moest die hele handel maar installeren en aan de praat krijgen. Ineens stond ik in de supermarkt niet meer over groenten te praten, maar wisten de kaasboer, de slager en de groenteman mij alles te vertellen over modems, downloaden en gigabytes. 

Het is uiteindelijk gelukt; ik heb het gevaarte aan de praat gekregen en toen viel ik werkelijk met mijn neus in de boter. Wat een mogelijkheden, wat een ongekende luxe alles op te kunnen zoeken in je eigen huiskamer. Vooral op het gebied van mijn grootste hobby: Elvis Presley, kon ik mijn geluk niet op. Ook het e-mailen sprak mij heel erg aan. Binnen de nieuwsgroepen over Elvis mailde ik er lustig op los. 

Tot het moment dat ik ineens privé antwoord kreeg op 1 van mijn vele vragen. Vanuit Engeland notabene, maar gelukkig wel van een Nederlander. De beste man woonde al 15 jaar in Engeland en wist mij alles over Elvis te vertellen wat ik maar weten wilde. Het klikte en al snel vlogen er e-mails per meter over en weer. 

Tja, en wat niet uit kon blijven ging natuurlijk gebeuren. Hij zou naar Nederland komen en wilde wel eens kennis maken. Nu wist ik wel dat de beste man ruim 20 jaar ouder was dan ik, maar toch vond ik het wel eng. Eerlijk is eerlijk, je weet toch niet wat je in huis haalt en ik was dan ook heel erg zenuwachtig toen er een Engelse wagen de straat in reed.

Toen hij uitstapte en ik de voordeur open deed, was het ineens h e l e m a a l goed. We zijn elkaar om de hals gevlogen en hebben de dag van ons leven gehad. Uren hebben we zitten bomen over Elvis en zijn muziek, maar ook plagen over en weer werd niet geschuwd. Inmiddels is hij al 5 x naar Nederland gekomen en bij mij op bezoek geweest en bellen we regelmatig. 

Hij heeft geen contact meer met zijn dochter en ik heb mijn vader niet meer. Zou dat het misschien zijn waarom we zo dol zijn op elkaar? Ik weet het niet en het maakt niet uit ook; dankzij internet heb ik een hele lieve vriend gevonden, die net zoals mijn vader vroeger deed, een beetje op mij past. 

😉

©Loes Raaphorst < 2005